Javascript is required Wat betekent de meerwaardebelasting voor u als ondernemer? - ABN AMRO

Wat betekent de meerwaardebelasting voor u als ondernemer?

Met ingang van 1 januari 2026 treedt de nieuwe meerwaardebelasting in werking. Wat dit inhoudt voor uw effectenportefeuille, leest u hier. Er is echter ook een aanzienlijke impact wanneer u aandelen van uw eigen vennootschap verkoopt. Drie verschillende situaties worden in het kader van deze nieuwe wetgeving onderscheiden, elk met zijn eigen kenmerken (tarief, vrijstellingen, …).

Belangrijk te weten is dat u slechts in één categorie belastbaar kan zijn en dat u daarin geen keuze heeft: de wet voorziet een volgorde, die hierna ook wordt gevolgd. Valt u niet in het toepassingsgebied van categorie 1, zal dan pas moeten beoordeeld worden of u eventueel in categorie 2 belastbaar bent. Slechts wanneer dat evenmin het geval is, speelt categorie 3.

Toepassingsgebied

De meerwaardebelasting is principieel verschuldigd bij een overdracht ten bezwarende titel van financiële activa door natuurlijke personen en entiteiten onderworpen aan de rechtspersonenbelasting (VZW, private stichting, …), tenzij deze entiteiten fiscale attesten kunnen uitschrijven n.a.v. ontvangen giften. Ze speelt niet t.a.v. vennootschappen en evenmin t.a.v. niet-inwoners van België.

De belastbare meerwaarde is het verschil tussen de ontvangen verkoopprijs en de (fiscale) aanschaffingswaarde. Voor de op 31 december 2025 bestaande vennootschappen geldt de waarde van de (aandelen van de) vennootschap op die datum als (fiscale) aanschaffingswaarde. De wet voorziet hiervoor in diverse waarderingsmethoden. Meer informatie vindt u in onze FAQ.

Minderwaarden zijn verrekenbaar, maar slechts tijdens het jaar waarin ze gerealiseerd werden én binnen dezelfde categorie. Een eventueel saldo is niet overdraagbaar naar het volgend belastbaar tijdperk.

Categorie 1: Verkoop van uw (werk)vennootschap aan een eigen holding

Deze categorie viseert de zgn. “interne meerwaarde” bij verkoop, d.w.z. de meerwaarde die gerealiseerd wordt n.a.v. de verkoop van aandelen en winstbewijzen door u als aandeelhouder aan een vennootschap die u zelf of samen met uw familie al dan niet rechtstreeks controleert. Typevoorbeeld is de verkoop van de aandelen van uw werkvennootschap aan een (holding)vennootschap waarvan u zelf (mee) aandeelhouder bent.

Interne meerwaarden kunnen ook door inbreng (i.p.v. verkoop) van aandelen ontstaan, doch daarvoor heeft de fiscale wetgever in het verleden reeds op een andere manier ingegrepen, waardoor deze transacties hier niet meer geviseerd worden.

Binnen deze categorie zijn er geen vrijstellingen voorzien. Interne meerwaarden zullen moeten aangegeven worden in de aangifte (rechts)personenbelasting en zullen belastbaar zijn aan 33%.

Categorie 2: Verkoop van een aanmerkelijk belang

Opdat deze categorie van toepassing zou zijn, moet u rechtstreeks aandelen aanhouden die u minstens 20% van de rechten in het kapitaal verschaffen van de vennootschap wiens aandelen worden overgedragen. Het is hierbij verder van geen belang of het een Belgische of buitenlandse vennootschap betreft, noch aan wie u verkoopt1.

Specifiek voor deze categorie geldt een belastingvrijstelling op de eerste schijf van EUR 1.000.000,00 aan meerwaarden. Dit is de maximale vrijstelling die gedurende een periode van vijf opeenvolgende jaren kan gebruikt worden, indien in die periode meerdere aanmerkelijk belangen werden verkocht met meerwaarde.

In de mate dat de meerwaarde niet kan vrijgesteld worden, speelt een getrapte tariefstructuur:

 

 

De gerealiseerde meerwaarden op aanmerkelijk belangen zijn – net zoals dat geldt in de vorige categorie – in de aangifte (rechts)personenbelasting op te nemen.

Categorie 3: Meerwaarden op financiële activa

Deze categorie is de residuaire categorie: zij is m.a.w. van toepassing, indien er een meerwaarde op financiële activa is gerealiseerd, die niet belastbaar kan gesteld worden onder één van de twee vorige categorieën.

Typevoorbeeld hier zijn de meerwaarden die gerealiseerd worden in een effectenportefeuille. Deze categorie zal echter net zo goed van toepassing zijn in geval van verkoop van een minderheidsparticipatie (versta: minder dan 20%) in een familiale vennootschap.

Het tarief in deze categorie bedraagt 10%. Er geldt een jaarlijkse vrijstelling van € 10.000,00, die – wanneer ze (quasi) onaangetast blijft gedurende vijf jaar – kan oplopen tot maximaal € 15.000,00. De inhouding van de belasting gebeurt in principe door de bank (mits zij van de verkoop van de minderheidsparticipatie op de hoogte is), tenzij ervoor gekozen is om e.e.a. zelf via de aangifte (rechts)personenbelasting te regelen. Meer informatie vindt u in onze FAQ. 

1.Let wel: voor een verkoop aan een niet-EER vennootschap geldt een afzonderlijk tarief van 16,5%.

Tags

Artikel
Uw vermogen
Actueel
Vermogensplanning

Wat betekent dit voor u?

De nieuwe meerwaardebelasting

Op het moment van het schrijven van deze bijdrage is de nieuwe meerwaardebelasting nog steeds geen voorwerp van parlementaire behandeling geweest. Een officieel wetsontwerp is nog niet gepubliceerd, net zo min als een memorie van toelichting. Desondanks worden de contouren van de meerwaardebelasting stilaan duidelijk. Al blijven er nog heel wat vragen … 

Wat betekent dit voor u als belegger?

Bij investeren bestaat er geen universele aanpak die voor iedereen geschikt is. U heeft unieke doelstellingen, voorkeuren en omstandigheden die de keuze van uw beleggingsaanpak mee bepalen. Bij ABN AMRO MeesPierson staan wij klaar om u te begeleiden en u te helpen bij het maken van de meest geschikte keuze. Laten we de belangrijkste overwegingen verkennen.

Ontvang maandelijks relevante artikels in uw mailbox.

Meld u aan voor de nieuwsbrief