De belastinghervorming: feit of fictie? Een interview met prof. Mark Delanote

Dit najaar organiseerde ABN AMRO Private Banking België in samenwerking met Novabil een Live Expert sessie voor onze cliënten. Mark Delanote, gerenommeerd professor fiscaal recht aan de UGent, lid van de Hoge Raad van Financiën en advocaat, behoorde tot één van de sprekers van de avond. Hij gaf onze gasten inzicht in de aankomende belastinghervorming en wat we precies hiervan kunnen of mogen verwachten. Als coördinator van de werkgroep fiscale hervorming heeft hij een adviesnota opgesteld die intussen door minister van financiën Vincent Van Peteghem omgezet werd naar een blauwdruk. Maar wat zit er nu precies in de pipeline? Zijn er grote veranderingen op til? En gaan deze snel doorgevoerd kunnen worden? Wij vroegen het Mark en trachten in dit interview wat licht te werpen op een complex onderwerp dat vaak meer vragen oproept dan er antwoorden te bieden zijn.
Laat ons beginnen bij het begin: waarom is deze fiscale hervorming noodzakelijk? Wat schort er aan het huidige fiscale klimaat?
Veel! (lacht) Een belangrijke factor is de overmatige belastingdruk op arbeid. We zien dat mensen niet altijd voldoende geprikkeld worden om te gaan werken. De werkloosheidsval blijft enorm hoog. Onder de regering Michel is dit weliswaar al enigszins bijgestuurd door middel van de taxshift, maar het blijft een hardnekkig probleem. Daarnaast zitten we met een promotieval. De prikkel om meer te gaan verdienen, bv. door een promotie of door de overstap te maken van een deeltijds naar een voltijds statuut, is nu te klein. Er vloeit namelijk een aanzienlijk deel terug naar de overheid onder de vorm van belastingen, sociale bijdragen en het verlies van sociale voordelen. Dit kan voor bepaalde looncategorieën zelfs oplopen tot meer dan 80% van de loonsverhoging! En dan is er tot slot ook nog de gemiddelde belastingdruk waarin we gewoonweg wereldkampioen zijn.
Dat zijn erg indrukwekkende vaststellingen. Er lijkt ook een bepaalde ongelijkheid te zijn binnen het belastingstelsel. Is dit ook daadwerkelijk zo?
Ons belastingsysteem is doorweven met allerhande ongelijkheden, die ertoe bijdragen dat zeer vergelijkbare feitelijke situaties in de praktijk niet altijd gelijk worden behandeld. Hier spreken wij over een gebrek aan neutraliteit, hetgeen zich uit op verschillende fronten. Zo zien we dat de samenlevingsvormen niet altijd neutraal worden behandeld. Maar ook m.b.t. de ondernemingsvormen, de beleggingsproducten, en de looncomponenten, is de neutraliteit soms ver te zoeken.
Worden we op dit moment, naar uw mening, gemiddeld te zwaar belast in België? Hebben we de grens van het fatsoen overschreden?
Dat is natuurlijk een subjectief begrip. Voor sommigen is 10% belastingen betalen te veel, voor anderen is 60% dan weer te weinig, vooral als iemand anders dit moet betalen (lacht). Maar als we kijken naar de algemene perceptie, dan stellen we vast dat dat wel het gevoel is dat heerst onder de bevolking. Dit gevoel wordt dan ook nog eens bevestigd door de jaarlijkse OESO statistieken waaruit blijkt dat een alleenstaande zonder kinderen en met een gemiddeld inkomen nergens anders ter wereld zwaarder wordt belast. Ik durf in deze context dus wel te bevestigen dat dit het ‘fiscale fatsoen’ overschrijdt. Je kan en mag veel vragen van je burgers. We hebben het in het algemeen goed hier in België, en op het einde van de rit moet alles wel betaald worden natuurlijk. Maar aan alles zijn grenzen.
De belastinghervorming komt dus geen moment te vroeg.
Klopt. We moeten inderdaad dringend onze mentaliteit wijzigen. Indien we dit niet doen, dreigt een meer verregaande versnippering van ons fiscaal systeem. Er zit geen duidelijke lijn meer in. We kennen intussen heel veel uitzonderingsregimes en een waaier aan alternatieve verloningsvormen. En deze zijn er uiteraard niet zomaar gekomen. Vaak beogen die bijzondere regimes net een oplossing te bieden voor de (te) hoge belastingdruk. Maar dat is duidelijk geen gezond systeem. Uiteraard kun je al die verschillende regimes ook niet zomaar gaan schrappen. Zo zul je mij nooit horen zeggen dat bv. bedrijfswagens of maaltijdcheques van vandaag op morgen moeten geschrapt worden. Tenzij hier uiteraard een ernstige verlaging van de lasten op arbeid tegenover staat. Op die manier pak je kwaad aan de wortel aan.
Hoe zou een gezond systeem inzake arbeidsfiscaliteit er dan wel uitzien?
Vanuit economisch perspectief zou iedereen simpelweg vergoed moeten worden in geld en een navenant tarief betalen op deze verloning. Dat is de basisfilosofie. Je moet zorgen dat er een gelijk en neutraal speelveld ontstaat voor alle werkgevers en werknemers, met inbegrip van zelfstandigen. Zo vermijd je alvast ongewenste gedragssturing en maak je ook komaf met allerhandige overbodige administratie en bijhorende kosten. Bovendien, en dat ik beklemtoon ik toch ook graag, is er niets dat verhindert dat de fiscaliteit toch bepaalde specifieke doelstellingen nastreeft, bv. op het vlak van onderzoek en ontwikkeling, aanvullende pensioenopbouw, of inzake duurzaamheid. Maar telkenmale moet dit doelgericht en specifiek zijn en niet – zoals nu maar al te vaak het geval is – op basis van een politieke gril, die ertoe leidt dat er te pas en ten onpas allerhande regimes in de wet worden ingevoerd en die je er politiek ook niet meer uitkrijgt.
U heeft als coördinator van de werkgroep fiscale hervorming een adviesnota opgesteld als basis voor de hervorming. Hoe gaat men met zo een ingewikkelde opdracht van start?
Eigenlijk draait alles rond het gebruiken van gezond verstand. Ik heb deze opdracht uitgevoerd met een reeks aan hoog aangeschreven academici uit alle landsdelen. Het ging dan vooral om juristen en economen vanuit alle Belgische universiteiten. Je vertrekt dan vanuit aantal fundamenten. Zo zijn er 4 pijlers waar we rekening mee moeten houden: efficiëntie, herverdeling, rechtszekerheid en eenvoud. Die komen ook uitgebreid aan bod in de adviesnota. Vervolgens kregen die pijlers dan een meer concrete invulling. Dat gebeurde in stappen. Eerst zijn er 26 bouwstenen gedefinieerd: een aantal gezonde principes waar eigenlijk iedereen die een beetje logisch nadenkt achter zou moeten kunnen staan. Het zou mijns inziens een enorm politiek succes zijn mochten we deze bouwstenen eens politiek kunnen laten goedkeuren. Zodat we daar niet telkens op terug moeten komen. We zouden op die manier enorm veel overbodige discussies kunnen vermijden. In de laatste stap hebben we dan gepoogd om die bouwstenen nog meer concreet te gaan invullen. Dit resulteert dan in meer verfijnde voorstellen.
De adviesnota is intussen door Minister Van Peteghem omgezet naar een blauwdruk.
De minister heeft de visienota zeer aandachtig doorgenomen en de basisprincipes overgenomen. Hij heeft dit dan omgezet naar een blauwdruk waarin bepaalde politieke nuances zijn aangebracht. Als politicus moet hij uiteraard anticiperen op de maatschappelijke weerstand tegen al te drastische wijzigingen. Zo zien we dat de minister dan toch voorzichtiger is wanneer hij het heeft over bv. een belasting op meerwaarden, de vrijstelling van de eigen woning, maaltijdcheques, bedrijfswagens, … Maar globaal genomen zal niemand toch kunnen ontkennen dat de minister echt wel een doorgedreven hervormingsvoorstel op tafel heeft gelegd.
Wat zijn volgens u de grootste veranderingen die eraan zitten te komen? Welke elementen springen eruit?
Eigenlijk is de richting die we met de adviesnota en de blauwdruk willen inslaan niet verrassend. Of die zou dat toch niet mogen zijn. Het is niet meer dan een toepassing van het gezond verstand en een uitvoering van wat heel veel internationale instellingen ons al jaren aanbevelen. We zitten vandaag echt verkeerd met onze fiscaliteit, we zijn te complex, te sturend en de lasten op arbeid liggen gewoon te hoog. Dat zijn dingen die nu aangepakt moeten worden. Heel logisch allemaal, lijkt me. Toch blijven bepaalde voorstellen tot consternatie leiden. Dat begrijp ik persoonlijk niet zo goed.
U bedoelt dan de politieke opschudding en de daaruit resulterende ongerustheid bij de bevolking?
Ja inderdaad. Binnen bepaalde groepen leiden de voorstellen zelfs tot een zekere woede. Ik kan dat enkel verklaren vanuit een combinatie van het eigenbelang en een algemeen heersende angst. Angst is duidelijk een sterk drijvende factor die leidt tot soms wel zeer onredelijke standpunten. En we merken dat deze angst ook wordt aangewakkerd door bepaalde politici en opiniemakers. Toen de adviesnota verscheen kreeg ik al snel te horen dat ik een communist ben en dat ik alles zou willen belasten wat nu nog niet belast wordt. Dat heeft mij wel wat kwaad gemaakt. Het is natuurlijk helemaal niet zo dat de hervorming tot doel heeft om in dit land nog meer belastingen te gaan heffen. De voornaamste betrachting bestaat erin de welvaartsverliezen die we nu hebben, te vermijden en m.a.w. efficiëntiewinsten te boeken. Dit op zich zal reeds leiden tot een globale lastenverlaging. De kritiek is dus behoorlijk ongepast en intellectueel ook niet eerlijk. Gelukkig spreek ik hier maar over een kleine minderheid. De meeste mensen lijken de logica wel te snappen.
Maar daar waar er belastingvoordelen sneuvelen, zullen er natuurlijk wel andere compromissen gesloten moeten worden om het evenwicht te bewaren, niet? Zijn er winnaars en verliezers in deze hervorming?
Elke hervorming zal altijd winnaars en verliezers hebben, vooral ook omdat het momenteel budgettair onmogelijk is om drastische lastenverlagingen toe te kennen. We zullen al heel blij mogen zijn als onze begroting al eens structureel op orde geraakt. Consumptie en vervuiling zal logischerwijze zwaarder belast worden. Op dat vlak liggen deze heffingen in België overigens (als percentage van de globale belastingopbrengsten) aan de eerder lage kant. Arbeid dient daarentegen minder te worden belast. Binnen de categorie van de werkenden zal er dus in ieder geval over gewaakt moeten worden dat de meesten winnaars zijn. Vooral diegenen die momenteel geen al te gretig gebruik maken van allerhande fiscale gunststelsels zullen erop vooruit moeten gaan. Op het vlak van vermogen is het verhaal genuanceerder. Eigenlijk moet daar wat mij betreft vooral de neutraliteit zegevieren. Men laat zich momenteel in beleggingskeuzes vaak fiscaal sturen, en dat is eigenlijk iets waar we vanaf willen. Eigenlijk zouden we moeten taxeren op een intelligente manier. Wanneer een vermogen rendeert, lijkt het mij alleen maar logisch dat we een belasting heffen op het rendement. Het basisprincipe is dat we alle inkomsten op een min of meer gelijke manier taxeren. Waar we dan wel vanaf moeten zijn de vermogenstaksen en de vermogenstractiebelastingen. Die zouden we m.i. dan ook meteen moeten afschaffen.
Bedoelt u dan de jaarlijkse taks op de effectenrekeningen, bijvoorbeeld?
Inderdaad. Het is eigenlijk erg jammer dat er zo’n belasting bestaat. Het is een zogenaamde abonnemententaks. Hetzelfde geldt voor de beurstaks: dat is een taks op een transactie, of je nu geld wint of verliest, je zal ze betalen. Eigenlijk moeten die dingen eruit. We mogen ook niet vergeten dat veel van die taksen er destijds gekomen zijn omdat politici absoluut niet het verhaal wilden komen vertellen dat we beter een meerwaardebelasting zouden heffen.
Wat zijn volgens deze blauwdruk de belangrijkste wijzigingen voor de hoge vermogens?
Wat betreft het roerend vermogen is het plan dat alle vermogensinkomsten op dezelfde manier belast zullen worden. Net zoals vandaag wordt er een roerende voorheffing toegepast op de dividenden en intresten die uitgekeerd worden. Er is zelfs relatief goed nieuws: de minister zou de tarieven willen verlagen van 30% naar 25%. Anderzijds zijn er de meerwaarden op aandelen en effecten die men in portefeuille heeft. Waar die vandaag nog vrijgesteld zijn zouden die in de toekomst belastbaar kunnen worden, maar dan aan een tarief van 15%. Maar dat is niet gewoon een extra heffing. Ook minderwaarden zouden minstens beperkt aftrekbaar zijn. Het verlies op een portefeuille is vandaag fiscaal niet relevant. Maar als je minderwaarden kan aftrekken, treedt de overheid eigenlijk in beperkte mate op als verzekeraar bij een verlies. Je verliezen kan je dan in mindering brengen van andere vermogensinkomsten. Maar goed, dit is nog niet concreet uitgewerkt dus hier moeten we ook nog even kijken hoe het verder loopt. Tot slot is er ook nog een spaarvrijstelling tot 6000 euro.
En zijn er ook veranderingen op til wat betreft het onroerend goed?
Wat betreft het onroerend goed voorziet de blauwdruk wel degelijk een belangrijke wijziging. Waar de huurinkomsten op vandaag in heel veel gevallen min of meer forfaitair belast worden, rekening houdend met het kadastraal inkomen, zou men voortaan taxeren op basis van reële huurinkomsten, en dit aan een tarief van 25%. Een andere grote wijziging is de taxatie van de meerwaarde op onroerende goederen (andere dan de eigen woning). Als je vandaag verkoopt binnen een bepaalde termijn (5 of 8 jaar) wordt er getaxeerd aan 16,5% of 33%. Als je die periode uitzweet en later verkoopt is er geen belasting verschuldigd. Maar ook hier stelt de minister een wijziging voor: de termijn vervalt en er wordt een tarief ingevoerd van 15 procent op de meerwaarde.
Het belasten van de reële huuropbrengsten is ongetwijfeld een maatregel die op veel weerstand zal stuiten.
Dat klopt. Maar we moeten het totaalplaatje natuurlijk bekijken. Men schetst vaak het beeld van de gepensioneerde die heel zijn of haar leven hard heeft gewerkt en als investering een appartementje kocht om te verhuren. Men beweert dan dat we het pensioen nu ook nog eens extra gaan taxeren. Dergelijke verhalen lijken mij toch wat eenzijdig en gekleurd. Zoals gezegd, is er de spaarvrijstelling van 6.000 EUR waar we het eerder over hadden. Bovendien geniet de eigenaar ook een kostenaftrek op de huurinkomsten. De minister stelt zelfs dat in principe de reële kosten aftrekbaar moeten zijn. Je hebt ook sowieso recht op een forfaitaire kostenaftrek van 30%. In de realiteit zal je dus de facto hoogstens aan 17,5% belast worden op het huurinkomen dat niet vrijgesteld is.
Nu de blauwdruk werd gepubliceerd: wat zijn concreet de volgende stappen?
Moest het louter van Minister Van Peteghem afhangen, dan denk ik dat de hervorming al rond zou zijn. In de politieke omgeving, werkt het helaas niet zo. Binnen de huidige regering lijkt het alvast bijzonder moeilijk om grote stappen vooruit te zetten. We moeten een kat een kat noemen. Sommigen willen helemaal niet hervormen. Anderen willen dan weer enkel hervormen als meteen ook de andere grote werven (zoals de pensioenen en de arbeidsmarkt) volledig worden aangepakt. En dit alles wordt dan ook nog eens doorkruist door de grote ideologische verschillen. Logischerwijze belanden we op de manier maar al te vaak in de totale stilstand. Of er deze legislatuur nog iets gaat komen kan ik moeilijk zeggen. Minister Van Peteghem heeft tijdens de laatste begrotingsgesprekken in ieder geval wel de toelating gekregen om een eerste stap uit te werken. Hij is daar nu mee bezig. Ik weet dat hij ambitieus is, maar of de anderen zijn ambities zullen willen valoriseren, is uiteraard nog maar de vraag.
We moeten dus niet verwachten dat het belastingsysteem binnen dit en een paar maanden daadwerkelijk hervormd zal zijn?
Helemaal hervormd zeker niet. We kunnen enkel hopen dat er al een aantal eerste stappen worden gezet die – globaal genomen – coherent zijn. Die kans lijkt me redelijk. Mocht het voorstel van de minister nu worden afgeschoten dan is het voor deze legislatuur game over en gaan we kijken hoe de volgende Regering het verder overneemt. De fiscale hervorming zal dan uiteraard ook dienen als inzet voor de volgende verkiezingen.
Wat is uw algemene gevoel bij de plannen zoals die er nu liggen? Is het een duurzaam voorstel waar we een tijd mee verder zullen kunnen?
Niets is eeuwig natuurlijk, maar het zou goed zijn als we ons nu eens zouden kunnen vastpinnen aan bepaalde principes. Ons huidige wetboek vindt zijn oorsprong in een grote hervorming in 1962. Dat is 60 jaar geleden. Er werd een robuust systeem op poten gezet, dat vervolgens systematisch verbrokkelde en werd aangevuld met allerlei extra’s. Af en toe werd er al eens hervormd, maar toch nooit in die orde die nu op tafel ligt. We moeten trachten een systeem uit te werken waar niet meer te veel aan gesleuteld moet worden. Maar dat is natuurlijk niet evident, mede gezien onze staatsstructuur.
Zorgt ons huidig politiek klimaat in combinatie met onze staatstructuur voor een onmogelijke situatie?
We zitten momenteel echt wel duidelijk in een impasse. Politiek gezien staat iedereen snel op zijn achterste poten en dit maakt de vooruitgang bijzonder moeilijk.
En inderdaad, onze staatsstructuur is daarbij niet echt een hulp. Ons land is ontzettend verbrokkeld qua bevoegdheden. Daar hebben we zoveel als mogelijk op trachten te anticiperen in onze nota, maar het blijft een enorme uitdaging. Kijk maar eens naar alles wat onroerend goed betreft. De onroerende voorheffing en het verkooprecht zitten bij de gewesten, alsook een deel van de fiscaliteit m.b.t. de eigen woning. Maar de onroerende inkomsten zitten dan weer bij de federale overheid. Het zou veel logischer zijn als alles netjes gegroepeerd zit. Federaal of regionaal? Vanuit academisch oogpunt, maakt het mij eigenlijk niets uit. Als het maar coherent is. Dan kunnen de mensen tenminste nog volgen en dan kan er een meer globaal fiscaal plan worden uitgewerkt.
Tot slot: kunt u ondanks deze uitdagingen optimistisch naar de toekomst kijken? Gaat de hervorming er komen, en gaat ze gunstig zijn?
Ik ben eigenlijk altijd een verschrikkelijke optimist geweest. Tot op het naïeve toe (lacht). Dat heeft er in het verleden al wel eens voor gezorgd dat ik te maken krijg met teleurstellingen. Maar om de ene of andere reden blijf ik er wel degelijk in geloven. Het belangrijkste is dat het debat niet gepolariseerd wordt. De mensen moeten de nuances begrijpen. En ik vind het heel fijn dat ik vanuit mijn rol dit inzichtelijk kan maken op evenementen zoals de live expert sessie die jullie organiseerden. Wanneer je aan mensen rustig uitlegt wat de redeneringen zijn achter de voorstellen, merk je eigenlijk dat de meesten wel mee zijn. En dat is dus zeker reden om positief te blijven!